Het sprookje van de tollenaar en de rijke man

IMG_7134Door Caroline Vonhoff

Ooit vertelde mijn vader me het sprookje over de man die rijk was, zo rijk dat hij niets meer te wensen had. Hij had parels en diamanten en goud teveel om ooit uit te geven.

Het behoeft geen betoog dat het niet lang duurde (ik neem het sprookje nu over) voor de man de belangstelling van de tolgaarder wekte. Iemand zo rijk en gelukkig, zo tevreden en blij, dat mag niet wezen, daar hoort een belastingaanslag bij.

En zo geviel het dat de belastinggaarder zijn paard zadelde, zijn pistool in zijn zak stopte en op pad ging, en na een dagreis of wat, de rijke man ontmoette. “Rijke man”, zo sprak de tollenaar, “wij (‘wij’ wordt gebruikt om de indruk te wekken dat het niet een ‘ik’ is die spreekt) hebben vernomen dat u te rijk bent om ooit nog uit te geven wat u heeft, en desondanks hebben we nooit een opgave van u ontvangen. Dit kan en mag niet, en om een boete van 100% te ontlopen, rest u slechts de opgave en overdracht per heden van alles wat u bezit, of duidelijker: alles wat u meende te bezitten maar eigenlijk altijd al altijd van ons was.”

De rijke man zweeg even met stomheid geslagen, en nadat hij daarvan bijgekomen was, zei hij: “Graag laat ik iedereen meedelen in alles wat ik heb, en genieten van alle rijkdommen die er zijn, maar dat kan pas morgen bij zonsopgang’.

De tollenaar zag hier weinig in, maar aan de andere kant, de rijkaards rijkdommen veilen met alle gedoe van dien, dat was ook weer zo wat, dus die ging akkoord (ook al omdat hij diep in zijn zwarte hart wel wist geen recht te hebben op wat dan ook).

En toen de morgen was aangebroken, vervoegde de tollenaar zich bij de rijkaard, en zei: ‘Kom op met die rijkdommen!’.

“Hier zijn ze, zei de rijkaard met een royaal gebaar, neem ze en geniet ervan.”

“Neem een ander in de maling’, riep de belastinggaarder, “Hier zijn geen goud, geen parels en geen diamanten, u belazert de boel.”

“Maar ziet u het dan niet, de parelwitte dauw op de velden, de diamanten druppels aan het spinrag en het rode goud van de zonsopgang, dat is - als belooft- allemaal ook voor u, waarom de woede?”

De tollenaar kon zijn woede inderdaad niet uitleggen noch de schoonheid en waarheid van het hem getoonde zien, en hem restte dus weinig anders dan het onthoofden van de rijkaard.

Aldus geschiedde.

Oh ja, en de tollenaar leefde nog lang en gelukkig.

Print Friendly

11 gedachten over “Het sprookje van de tollenaar en de rijke man”

  1. Volgens Janis Joplin verkreeg de rijkaard zo zijn vrijheid, want hij had zo zonder hoofd niets meer te verliezen. Maar Janis Joplin vergistte zich.

    Want vrijheid is een volgetankte Mercedes. Dat zong Armand toch beter.

    1. Kunnen we dat sprookje nu niet eens en voor altijd de wereld uit helpen? U doet alsof elke rijkaard een Dagobert Duck is die zijn rijkdommen in de vorm van goud, edelstenen en cash geld bewaart in een groot pakhuis. In werkelijkheid is het vermogen van de rijkaards, al dan niet via tussenkomst van banken, geïnvesteerd in aandelen, onroerende goederen, staatsleningen etc. Dit geld werkt dus in de economie en zorgt voor productie en werkgelegenheid, waardoor ook minder rijke mensen een inkomen kunnen verdienen. HET IS DUS GEEN DOOD GELD! (sorry voor de caps). Verder moeten we gewoon ophouden jaloers te zijn, het gaat er niet om hoe rijk de rijken zijn, maar hoe welvarend de armen. En er is geen overheid die met belastingmaatregelen en uitkeringen de armen welvarender kan maken. Door armoede te subsidiëren krijg je er juist meer van, dat hebben de laatste crisisjaren wel duidelijk gemaakt lijkt me. Het probleem is niet dat we met zijn allen (rijk en arm) te weinig belasting betalen. Het probleem is dat de overheid al dat geld over de balk smijt en vooral gebruikt om een zo groot mogelijke overheid met zoveel mogelijk bureaucratie te creëren.

      1. Beste man, ik zeg alleen dat het vanuit een economisch standpunt niet ok is om GELD te SPAREN. Geld moet namelijk rollen want het is de bloedsomloop van de economie. Als je bloed uit circulatie neemt dan gaat de patient langzaam dood en moet de dokter er weer nieuw bloed inpompen.

        Geld moet een hoge omloopsnelheid hebben en spaargeld een lage.

  2. Alleen jammer dat in werkelijkheid de rijkaards ook de dienst uitmaken bij de belastingdienst. Een onrealistisch sprookje is het. Maar als de schrijver hiervan wil dromen wens ik hem veel plezier.

    1. @Koos, dank, dat had ik kunnen weten als ik het me herinnerd had, maar ik herinnerde me de herkomst dus anders, en bedacht er het een en ander bij. Maar sprookjes zijn om door te vertellen, toch? Ook als ze onrealistisch zijn -mooi verwijt aan een sprookje :-) - want de wijze lessen liggen er ook dan dik op. Inderdaad, de rijke man’s rijkdom is niet voor diefstal (belastingheffing) vatbaar, want die zit in hem en wat hij als waarheid ziet. De tollenaar staat voor het psychopathisch deel der mensheid, dat een ander de vrede en het geluk niet gunt, niet omdat hij die vrede en dat geluk niet ziet, maar omdat hij dat zien niet kan belasten en verdragen.

  3. Het sprookje (De rijke bramenplukker) is van Godfried Bomans. De strekking is dat men niet materieel rijk hoeft te zijn als men oog heeft voor de schoonheid van de natuur.

  4. Waarom denken jullie dat zij steeds rijker worden en het volk steeds armer? Omdat wij geregeerd worden door een stel handen op die aandelenbuiken die de sport “elkaar de bal toespelen” perfect beheersen…
    http://www.nu.nl/economie/3532295/aantal-miljonairs-in-nederland-gestegen.html

  5. kans van de dag…:
    .
    Het leven is hard, daar valt niets aan te doen
    de één is ’n sukkel, de ander een oen,
    maar ik ben ’n kanjer…dàt blijft wel een feit
    weerleg ‘t….maar snél graag….want ‘k heb weinig tijd :-P
    .
    Jasterke
    .

Geef een reactie