Dr. Gert Jan Mulder. Jawel, ‘Dr.’ Waarom iedereen dat mag weten

 foto 9Door Dr. Gert Jan Mulder

Sinds een tiental jaren zet ik vrijwel altijd Dr. voor mijn naam. Dus Dr. Gert Jan Mulder. Dikwijls wordt me de vraag gesteld waarom ik dat doe en ‘altijd’ komt de vraag van iemand die zelf geen titel heeft. Op mijn visite kaartjes prijkt de titel Dr. Onder de afzending van elke email en elke brief staat Dr.

Op mijn graf staat later, hier rust Dr. Gert Jan Mulder.

Sommigen mensen met een titel schamen zich een beetje voor hun titel en voeren de titel niet of nooit. Uit de pers gedurende de laatste jaren blijkt wel dat er een behoorlijk percentage plagiaatplegers rondlopen, die er beter aan deden om zich niet te laten voorstaan op het hebben van de hoogst haalbare academische graad. Vooral in Duitsland kwam het ene schandaal na het andere aan het licht, inclusief enkele vooraanstaande politici en zelfs ministers. Ook in Nederland waren er in de laatste jaren enkele gevallen, waarvan die van Diederik Stapel wellicht een van de bekendste is. Hij leverde onder druk zijn doctors titel in.

Door diverse bronnen wordt uitgebreid beschreven hoe het zit met titulatuur in Nederland. [1] Het gebruik van titulatuur en het voeren van titels is enigszins in onbruik geraakt de afgelopen jaren. Het verhaal gaat (CV) dat toen Jozias van Aartsen tot secretaris generaal werd benoemd op het ministerie van binnenlandse zaken, hij als eerste daad het voeren van academische titels afschafte. J.J. van Aartsen heeft dan ook zijn school niet afgemaakt en heeft geen enkele academische titel. Jozias zou de eerste zijn die iemand met een titel zou vragen waarom hij of zij een titel voert.

In de Nederlandse politiek is het ook steeds minder gebruikelijk dat academische titels gevoerd worden. Men denkt blijkbaar dat het de kloof tussen politiek en burger verkleint. U weet echter wel beter. Mensen als Mark Rutte en Alexander Pechtold hebben beide wel een academische graad, die van drs. Zij gebruiken die titel echter vrijwel niet, omdat – denk ik - u uit nieuwsgierigheid na zou kunnen gaan waarin zij zijn afgestudeerd. Ik maak er een hobby van de cv’s van politici en bewindslieden te bestuderen. Mark Rutte studeerde geschiedenis in Leiden en deed er 8 jaar over. [2] Nieuw is dat er onlangs aan is toegevoegd dat hij de studie gedurende 2/3 jaar onderbrak wegens het vervullen van het voorzitterschap van de JOVD: een gouden vondst. Alexander Pechtold studeerde kunstgeschiedenis en archeologie: 17e-eeuwse schilderkunst, Rijksuniversiteit Leiden, van 1986 tot 1996. [3] Dat is 10 jaar terwijl hij daarvoor nog een jaar rechten probeerde maar opgaf. Niet bepaald iets om je op te laten voorstaan.

In Nederland lopen er tegelijkertijd vrij veel doctoren rond die feitelijk niet echt doctor zijn, maar zich er wel op voor laten staan, voorbeelden zijn Dr. Wim Kok en Dr. Ruud Lubbers, Dr. Herman Wijffels (kreeg de titel van de KUT), voormalig Pvda lid Dr. Gerrit Zalm[4] of Prof. Dr. Jan Pronk.[5]  De meest grappige eredoctor vind ik Dr. Jacques Tichelaar (sinds 2009 commissaris van de koning te Drenthe) die in 2002 als voorzitter van de onderwijsvakbond een eredoctoraat kreeg in Engeland van de Kingston University. [6] Het gaat hierbij om doctors honoris causa of te wel eredoctoraten. Formeel worden de eredoctors geacht om de titel dr. h.c. te voeren en nadrukkelijk geen Dr. Ik heb de site Parlement & Politiek daar eens op gewezen, maar zij verweerden zich (onterecht) met de mededeling dat dr. h.c. in Nederland niet bestond.  In de praktijk wordt door sommigen het eredoctoraat beschouwd als een chic relatiegeschenk.[7] Helmut Kohl kreeg bijvoorbeeld tientallen academische titels, en het gerucht ging dat hij, als men hem geen eredoctoraat in het vooruitzicht stelde hij geen lezing op die betreffende universiteit wilde geven.

In Nederland ontstond enige beroering toen de Universiteit Nyenrode aan Albert Heijn een eredoctoraat verleende, zogenaamd voor het in Nederland introduceren van de streepjescode (je moet maar durven), maar in werkelijkheid was het omdat Heijn een leerstoel had gefinancierd.

Volgens de Volkskrant (2012) lijkt de Tweede Kamer als het over opleidingsniveau gaat in geen enkel opzicht op Nederland. In de Kamer is 95 procent ‘hoger’ opgeleid, in het land is dat 28 procent. [8] Je kunt verder van alles te weten komen over onze dames en heren volksvertegenwoordigers, maar er worden op het eerste, noch op het tweede oog geen gegevens verstrekt over academische titels. Hoger opgeleid wil nog steeds niets zeggen. Mijn favoriete kamerlid, Geert Wilders is ook hoog opgeleid, maar heeft geen opleiding afgemaakt. Hoger opgeleid houdt bovendien in HBO – of vergelijkbaar en of Universiteit.

Uit het bovenstaande zou u indirect kunnen afleiden waarom ik wel altijd de titel Doctor voer. Ik heb hem wel echt verdiend. Ik heb er hard voor gewerkt. Ik werd gedreven, was gemotiveerd. Ik heb ook die opleiding zelf gefinancierd. Deed dat eerder met een MBA-opleiding. Daar waar in Nederland jonge promovendi via een door de staat gefinancierde loopbaan in 4 jaar kunnen promoveren (het is echter nooit een makkie) heb ik mijn opleiding zelf bekostigd. Dus in plaats van een maandelijks inkomen te ontvangen voor het doen van promotie onderzoek, heb ik het op eigen kracht gedaan en 4/5 jaar tuition fees betaald, alle reis en verblijfkosten betaald, het onderzoek gefinancierd, proefschrift zelf geschreven (!) tot en met de in het leer ingebonden proefschrift betaald, waarvan ik 1 exemplaar hier heb en een ander opgeslagen ligt in de bibliotheek van de University of Bradford.

Alle doctorandussen, meesters in de rechten, (landbouw) ingenieurs op kosten van de Nederlandse belastingbetalers ten spijt- alle parmantige – narcistische - eredoctors ten spijt, alle gefinancierde echte doctors ten spijt, jullie zijn niet mijn motivatie om met trots mijn Doctor[9] (en MBA) titel te voeren, waar en wanneer ik dat wil. Dat recht is voorbehouden aan mijn vader Gert Jan Mulder  (1925-2008) die dat nog mee kon maken, terwijl hijzelf door omstandigheden niet de middelbare school mocht doen, ondanks dat de bovenmeester de kosten voor zijn rekening wilde nemen en die – vervolgens - door de oorlog (1940-1945), de ‘Arbeitseinsatz’ en de ellende daarna (trauma’s) nooit een kans gekregen heeft gehad om zijn uitzonderlijke intelligentie aan opleidingen te besteden. Dat recht – en voor mij de plicht – dient bovendien vooral voor mijn 6 kinderen – die daardoor een constant voorbeeld hebben van hun vader die hen voorgaat en laat zien, dat als je de wil hebt, het karakter, doorzettingsvermogen en het gewone aantal hersencellen (boerenverstand) die er voor benodigd is dat het dan kan.

 Dr. Gert Jan Mulder

[1] http://taaladvies.net/taal/advies/tekst/21/titulatuur_in_nederland_algemeen/#6

[2] http://www.parlement.com/id/vg9fgoprkxw3/m_mark_rutte

[3] http://www.parlement.com/id/vgz51a5nyogf/a_alexander_pechtold

[4] http://www.parlement.com/id/vg09lldw6vzx/g_gerrit_zalm

[5] http://www.parlement.com/id/vg09llfvqayy/j_p_jan_pronk

[6] http://www.parlement.com/id/vg9fgopui8zj/j_jacques_tichelaar

[7] http://nl.wikipedia.org/wiki/Eredoctoraat

[8] http://www.volkskrant.nl/dossier-vk-dossier-verkiezingen-van-2012/de-nieuwe-tweede-kamer-te-oud-en-te-slim~a3319433/

[9] http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/hoger-onderwijs/vraag-en-antwoord/welke-titel-mag-ik-voeren-als-ik-ben-afgestudeerd-of-gepromoveerd.html

Tweet about this on TwitterShare on FacebookPrint this page

10 reacties

  1. Heel leuk allemaal. Maar ik ben nu wel benieuwd waarop of waarin doctor Mulder is gepromoveerd. Want het maakt nog al uit of je gepromoveerd bent in de wiskunde aan de TU Delft of in de theologie in Kampen. Theologie beschouw ik niet als wetenschap en hoort niet op een universiteit thuis.

  2. Quote: Mij maakt het geen ruk uit welke opleiding iemand heeft en dus ook geen normering voor TK leden. Het tegendeel juist. Einde quote.

    Inderdaad, maakt mij ook geen ruk uit(ik waardeer uw schrijfwijze in deze).
    Mensen gesproken die niet konden lezen en/of schrijven maar wel multimiljonair waren geworden door keihard te werken. Ieder heeft zijn eigen kennis en ervaring.
    Zelf o.a. bij de rechtbanken in het westen van dit land regelmatig namens de overheid tegenover befkonten gestaan die alleen in staat waren belangrijk te doen maar niet belangrijk waren.
    Heel vaak om het maar eens zo te zeggen bij gebrek aan gewicht omhoog gevallen. Ik denk dat u daar op doelt.
    Dank voor uw bijdragen.

  3. drgertjanmulder

    8 oktober 2014 om 16:55

    Kijk, dat zijn fijne constructieve reacties waar ik wat mee kan. Heer Kohler en ir Tipo bedankt.
    Er zijn te weinig mensen hier in de middle of nowhere waar ik tegengas van ontvang, dus dank en welkom.

    Mij maakt het geen ruk uit welke opleiding iemand heeft en dus ook geen normering voor TK leden. Het tegendeel juist. Uitstekende kameleden Wilders, Wiegel, Marijnissen. Mijn kritiek concentreert zich op hoger opgeleiden zonder dat de site van de tweede kamer enige duidelijkheid schept. Er staan wel allerlei andere onbenulligheden heden: kijk zelf maar.

    Hartelijk dank

    Dr Gert Jan Mulder

    • J. C. Th. Köhler

      9 oktober 2014 om 01:24

      En wat zou u zeggen van de kamerleden Marcus Bakker, Boer Koekoek en de “frêle” freule, Wttewaal van Stoetwegen?

      Hadden die een titel? Nee! Konden ze er wat van? Dachutwel!

      j.c.th.kohler@online.nl

  4. J. C. Th. Köhler

    8 oktober 2014 om 14:49

    Beste Gert Jan,

    je reclameboodschap met belangstelling gelezen. Voornamelijk omdat ik verwachtte er iets van belang in aan te treffen, wat je mij en andere lezers ook in het vooruitzicht gesteld had. Een valide argument om trots en parmantig je titel te voeren, bijvoorbeeld. Ik heb het niet gevonden. Maar troost je, Gert Jan, dat zal ongetwijfeld aan mij gelegen hebben. Wat ik wel heb aangetroffen was een heleboel eigen roem; dat je zo gedreven en gemotiveerd was en je eigen studie hebt betaald. Hoe schandalig het is dat sommigen hun eredoctoraat ge(mis)bruiken om de titel Dr. te voeren. Dat anderen zo lang over hun studie hebben gedaan.

    Het jezelf afficheren met die titel wekt de schijn dat we extra onder de indruk van je schrijfsels moeten zijn, omdat je die titel voert. Dat ben ík in elk geval niet. Zeker het bovenstaande stuk doet me denken aan een “haan met stront aan z’n poten.” (Mr. Roothaert in Dr. Vlimmen, 1936.) Wel trots en parmantig, maar zich niet bewust van het vuiltje dat er aan hem kleeft.

    Hetgeen onverlet laat, dat ik het met je stukjes inhoudelijk in grote lijnen meestal wel eens ben.

    j.c.th.kohler@online.nl

    • Goed, u hebt het zelf betaald en zelf gedaan. Dat is heel mooi. En daarom draagt u uw titel met trots. Dat moet u vooral doen.

      Wat de rest van het artikel er mee te maken heeft, ontgaat me ook. Voor een academicus staan er veel aannames in en geen bewijzen. Geen eens een these, contra-these, bewijs of conclusie. Ook geen consistentie, want moeten Kamerleden nu wel, niet, lang of kort gestudeerd hebben. Of precies evenveel als het Nederlandse gemiddelde? Geen idee waarom dat er toe doet, maar u suggereert van alles, maar beweert of bewijst niets.

      Ik kan me Professor Pim nog herinneren, die eigenlijk deeltijdhoogleraar was en geen professor was. Tsja, dat klonk wel mooi, dus om dat nu helemaal dood te checken…

      Voer uw titel dus met trots, maar sleep er niet zo veel flauwekul bij.

      En verder net als dhr. Kohler: In grote lijnen eens met uw overige schrijfsels als ze wel ergens over gaan.

      ir.-arch Tipo

      • J. C. Th. Köhler

        9 oktober 2014 om 01:18

        Tipo:

        “Ik kan me Professor Pim nog herinneren, die eigenlijk deeltijdhoogleraar was en geen professor was.”

        De aanspreektitel van een (deeltijd)hoogleraar is: professor! Het woord professor hoort onlosmakelijk bij de functie van hoogleraar.

        Men zegt niet tegen een hoogleraar; “Hoogleraar, mag ik iets vragen?” Men zegt dan: “Professor, mag ik iets vragen?”

        Die mensen die zeggen dat Prof. Pim eigenlijk geen professor was, weten niet waar ze over praten.

        j.c.th.kohler@online.nl

  5. mrs.venderleek

    8 oktober 2014 om 21:02

    Crap! Dat wilde ik net opschrijven!…. 😉

  6. Al die eretitels zijn een schande. De verstrekkers zie ik als die burootjes waar je vroeger doctorstitels en buitengaatse rijbewijzen kon kopen of ook wel adelijke titels waarbij een aarmlastige edele een stinkendrijke patser adopteerde die daardoor Prof. dr.ing.ir.drs. Baron van Kijkmijus tot Zienjulliemij werd en in de kroegen met het pinkje omhoog sherry slobberde en z’n lul op de bar legde. Dat volk dus.

  7. Ja Dr. Gert Jan Mulder, het voeren van een academische titel is min of meer taboe verklaard in dit knotsgekke land. Zal wel iets te maken hebben met het feit dat natuurlijk vrijwel iedereen hoog opgeleid is. Ja hoogopleid dat is het toverwoord van de laatste jaren. Maar helaas voor de jongetjes en meisjes, ze zijn niet echt hoogopgeleid. Ze kunnen vrijwel allemaal niet eens rekenen en schrijven. Laat staan nadenken en analyseren. Maar het staat zo mooi, hoog opgeleid. Waarin denk ik dan weleens? Ja je komt de gekste funkties tegen. Van hoogleraar “geschiedenis van de filosofie” tot “Letterkunde tot de Romantiek” enz. Allemaal lekker belangrijk…

    Toen ik ging studeren - jaren zeventig - moest ik hard ploeteren om de streep te halen. In 1971 startte ik op de HTS in het voorbereidend jaar en daarna nog 4 volle jaren. Hard werken en niks kado krijgen. Je leerde wel hoe de wereld in elkaar zat en hoe je je daarin staande diende te houden. Uiteindelijk kwam je met je bul in de grote wereld terecht en kwam je tot de conclusie dat je eigenlijk nog steeds niks weet. Nu nog steeds overigens.

    Maar de jongetjes en meisjes van nu zijn hoog opgeleid, willen allemaal meteen een topsalaris, een tophuis op een toplocatie en een dito topcarriere. Ze zijn immers allemaal de slimsten van dit land. Ach je kunt ze vergelijken met mavo - havo van toen. En ze krijgen nog een titel mee ook, onbegrijpelijk.

Reacties gesloten.

Theme by Anders NorénUp ↑