Het sprookje van de racismeroepertjes

sneeuwpopDoor Caroline Vonhoff

 

Er waren eens drie dwergen, een oudste, een middelste en een jongste, die -behalve het ontvoeren en opeten van kinderen- weinig te doen hadden. Ze hadden geen vrouwen die hen dienaangaande op een rechter pad konden houden, dus gingen zij gewoon hun gang. En aangezien de mensen ongeveer wel wisten waar de dwergen rondhingen, bleven ze uit de buurt. Maar ja, zo af en toe kwam er toch een vreemdeling die verdwaald was langs, en die was dan al snel in de pot gestopt. Maar verder, verder verveelden de dwergen zich eigenlijk wel een beetje, maar gelukkig hadden ze televisie, dus zicht op de rest van de wereld, dat hadden ze wel. En van die televisie leerden ze ook veel, bijvoorbeeld hoe je moet debatteren.

Zo keken ze naar de Vragenuurtjes van de Kamer bijvoorbeeld, en naar de talkshows die vrijwel voortdurend werden uitgezonden. En aangezien daarin eigenlijk steeds dezelfde mensen optraden met dezelfde meningen over niet nader te noemen feiten, staken zij daar heel wat van op. En als er eens echt niets anders op tv was dan het testbeeld, dan oefenden ze hun verworven vaardigheden op elkaar.

“Vuile racist” riep de oudste dwerg tegen de jongste, en de jongste riep dan terug ‘wat je zegt ben jezelf’ bijvoorbeeld, wat de middelste dan weer noopte te zeggen dat ze zich niet zo op moesten winden, want ‘zo komen we met zijn allen niet verder’, en ‘dat moeten we met zijn allen niet willen’. “Nou, dat neem ik niet, want ik heb die ouwe toch echt horen zeggen dat ……..en jij, vervelende middelste, kan dat wel proberen weg te poetsen, maar dat doe je ook alleen maar omdat je betaald wordt door niet nader te noemen figuren met onbekende intenties. Bovendien bevalt me niet van u dat u gedreven wordt door vreemdelingenhaat, en dat terwijl er niets zo lekker is als een vreemdeling in de pot’. “Dat heb ik niet gezegd”, zei de middelste terecht. “Nee, snibde de jongste, maar je had het wel willen zeggen, en het is jouw  gedachte die telt.” ‘Wat weet jij daar eigenlijk van, wat ik denk, zolang ik dat niet gezegd heb?’  “Dat komt, zei de jongste, omdat ik je vies door heb met je gestook en gemanipuleer. “Racist”, riep de oudste tegen niemand in het bijzonder, zodat iedereen er aanstoot aan kon nemen.

Enfin, zo sleten de dwergen dus hun dagen, en het behoeft geen betoog dat de grieven over deze manier van discussiëren als snel tot haat en nijd leidde tussen de drie. Na vele dagen en in haat doorwaakte nachten, was het onvermijdelijk geworden dat de jongste besloot dat het nu mooi genoeg geweest was, en het bedrijven van euthanasie met de andere dwergen het enige wat er nog opzat, vooral ook omdat het -hoe je het ook wendde of keerde- voor abortus inmiddels te laat was. Zo gezegd, zo gedaan, en zo kwam het dat de jongste dwerg, die nu dus gewoon de dwerg was geworden, zijn dagen in eenzaamheid sleet, en -omdat hij niemand meer had om tegen te praten- zo af en toe zachtjes tegen zichzelf zei ‘vuile racist’ en ‘ik heb je wel door’ maar zo gezellig als het ooit was, werd het allemaal niet meer.

Treurig, maar gelukkig kwam er op een dag een vrouwtjesdwerg  langs en om een lang verhaal kort te maken: ze trouwden en leefden nog lang en gelukkig.

 

Print Friendly

15 gedachten over “Het sprookje van de racismeroepertjes”

  1. En nu gaan ze samen voor de kinderen zorgen, hè, tante Caroline? Trouwens meestal is er een vrouw voor nodig die even langskomt om een lang verhaal kort te maken.

  2. Ja Knip ik begrijp ook niet waar het hierover zou moeten gaan. Maar dat heb ik wel vaker met stukjes die door Caroline zijn geschreven. Bedenkelijk.

  3. Als dit het ‘nieuwe realisme’ van de nieuwe realist is dan ben ik bang dat we er niet veel mee opschieten. Zou het niet beter zijn, om zo lang de vrijheid van meningsuiting nog duurt, gewoon te zeggen waar het op staat, desnoods onder een pseudoniem?

    1. Juist Witwas, en af en toe een beetje provoceren. Daar kunnen sommigen niet tegen, maar de discussie wordt hier wel feller en interessanter door.

  4. .
    de moraal is dat men beter kan proberen plezier te beleven aan het sprookje, dan te zeiken tegen de boodschapper…

  5. Wat is dan de boodschao, Jasterke? Niemand snapt hier iets van. Als je dat zeiken noemt…….. En waarom zouden we hier plezier aan moeten beleven. Sprookjes hebben toch een moraal? Interessanter is de achterliggende moraal van de ‘boodschapper.

    1. moet ik het nu nog duidelijker uitleggen @knip ? dan zou ik ook moeten gaan zeiken…
      sterkte gewenst bij de verdere verwerking van dit persoonlijke drama !

      1. Ja, leg het nou eens uit. Jouw wartaal is nog erger dan van Caroline. Blijkbaar ben jij zo een helder licht dat jij het als enige snapt. En zeik maar gerust hoor, ik kan daar wel tegen. Maar ik kan niet tegen ongemotiveerd geleuter.

  6. In Nederland hebben we ook veel “racisme”-roepertjes, vooral mensen waarvan de roots niet in Nederland liggen maar die wij tot ons land hebben toegelaten zodat zij voor zichzelf een beter leven konden nastreven dan in het land van herkomst tot de mogelijkheden behoorde. Veel van die toegelaten mensen zijn daar heel goed ingeslaagd, en zij roepen dan ook nooit “racisme”. Het deel dat er niet in is geslaagd heeft op kosten van de rest toch nog een zeer fatsoenlijk leven. Toch roepen zij te pas, maar in 19 van de 20 gevallen te onpas “racisme”. In tegenstelling tot bovenstaand sprookje denk ik dat Nederland er heel erg op vooruit zou gaan wanneer 2 van de 3 “racisme”-roepertjes zouden verdwijnen. Nou gaat het mij wat te ver om er euthanasie op toe te passen maar misschien zouden we ze kunnen ondersteunen om vrijwillig te remigreren zodat ze niet langer last hebben van de “racisten”

  7. Het eerste gedeelte. Daar past de zonnekoning in. Een tijdperk van de voorganger die nu WC eend word genoemd.
    Zichtbaar in de ZORG onder de naam bestuurder.
    Deel twee gaat over iets wat een zekere Marx beroemd maakte.
    Het laatste is onze tijd. Romantiek domineert. Neem de liefde Rutte voor Samsom, lokaal weliswaar, maar is een wereld sprookje.
    De laatste mens doet het licht uit.
    Amen.

  8. Menselijk gedrag kent overeenkomsten die meestal verborgen gaan achter een feitelijke problematiek. Om tot grondvormen van menselijke interactie te komen moet dit dorre hout eerst worden weggekapt. Daarvoor zijn sprookjes nuttig, het terugbrengen van de discussie naar waar het werkelijk om gaat. Natuurlijk zijn dit meestal moraliserende probeersels die niet direct als stropop parallel hoeven worden neergesabeld. Het is voor mij interessanter om te zien hoever Caroline nu weer komt, en meestal slaat zij de spijker behoorlijk op zijn kop. Niets lukt wanneer men niet eerst probeert. En wat voor de een gelukt lijkt is een mislukking voor de ander. Wat betekent dat er ruimte moet blijven voor onzekerheid, het zou toch beroerd zijn wanneer wij elkaar altijd maar direct begrepen. Dan is dit weblog ook niet meer nodig.

  9. Maar ze gingen toch eerst nog naar het Westen om tenslotte na veel katoen te hebben geplukt weer terug te gaan naar het Oosten maar dan daar waar ze hangmatten hadden? Daarna gingen ze nog even nog verder naar het Oosten om daar meisjes in kuilen kapot te gooien en toen kwamen ze terug om euthanasie te plegen op iedereen en elkaar. Maar dat dwergenwijfje heette toch Sunnie of zo en dat had toch een dwergenboek over dwergneuken geschreven? Een soort handleiding voor dwergvrouwtjes met onvervulbare mutsjes die altijd op vakantie naar Kenia gingen om daar een lekkere Ebola te halen om die vervolgens onder de dwergen te verdelen waardoor ze allemaal metzunnalluh gelukkig nog kort gingen leven? Of is dit een ander sprookje?

  10. Zie je wel dat ik gelijk had met dat dwergenvrouwtje dat de hele dag niks anders doet dan dwergen in haar grot te lokken? Ze staat daarnaast ook bekend om haar vrees voor Slet, dat is haar concurrente die ook een grot heeft maar dan omgebouwd tot een fietsenhok. Die Sunnie bedoelde ik dus. http://tinyurl.com/m4s4m55

Reacties zijn gesloten.